Professionele nabijheid
- Merijne Hazenoot-Hoorn
- 18 feb
- 5 minuten om te lezen
"Ik heb me nooit zo gezien gevoeld, dan toen jij liet zien dat je ook mens bent"
-2025

‘Ik ben de professional jij bent het probleem’
Toen ik 10 jaar geleden psychologie studeerde werd er tijdens het vak ‘gespreksvoering’ op gehamerd dat ik mij aan het protocol van het gesprek moest houden. Hiermee bewaarde ik de afstand tot de cliënt en onderzocht ik objectief wat het probleem was. Mijn (in)zicht op het probleem van de cliënt was het belangrijkste doel van het gesprek. De emoties die ik hier eventueel bij voelde, mocht ik vakkundig onderdrukken omwille van de client. Zo kon ik het psychisch lijden van de cliënt 'objectief' beoordelen en 'meetbaar' maken, met als doel om de juiste diagnose te stellen en de juiste behandeling te starten.
Tjonge wat worstelde ik hiermee. Tijdens deze lessen voelde ik mij vervreemd en gefrustreerd. ‘Ik wil graag echt verbinden met de ander en mijzelf inzetten’. ‘Het is belangrijk dat je de vragen van het protocol volgt, want op die manier krijg je het probleem scherp’ deelde de docent met mij. Het lukte mij niet om mij aan dit protocol te houden. Dit komt enerzijds omdat ik er enorm recalcitrant van wordt wanneer iemand mij iets oplegt over de manier waarop ik moet denken, handelen en ademen. Daarnaast merk ik dat ik mezelf verlies wanneer iemand anders heeft bedacht hoe ik contact moet maken. Dat stelde mij teleur.
Ik had voor dit vak gekozen omdat ik meer wilde leren over waarom mensen doen, denken, vinden en voelen, wat ze doen, denken, vinden en voelen. Ik wilde oprecht contact ervaren met de ander door mezelf te gebruiken met wat ik gekregen had. Nu voelde ik mij een gedwongen robot. Met de hakken over de sloot heb ik het vak afgerond, omdat ik tijdens het praktijk tentamen vertikte om mezelf protocollair te vervreemden van de mens tegenover mij waar ik zoveel betrokkenheid op voelde. 'Professionele afstand' houden in deze opgelegde vorm past niet bij mij.
Ook dit is een persoonlijke ervaring
Ik realiseer mij dat dit een zeer persoonlijke ervaring was. Mijn punt met dit artikel is daarom niet om alle psychologieopleidingen over één kamp te scheren of om de wetenschappelijke methode van diagnostiek te veroordelen. Mijn doel is niet om polarisatie te creëeren over de manier waarop we met psychisch lijden om moeten gaan. Elke therapeut is immers anders en iedere cliënt vraagt een andere aanpak - omdat problemen in ernst en impact verschillen en verschillend worden beleeft. Daarbij, de illusie van polarisatie gaat er vanuit dat er zoiets bestaat als een logische tweedeling in het complexe veld van de menselijke interactie. Polarisatie is daarom eerder een versimpeling van de werkelijkheid om er grip op te krijgen, dan dat het de feitelijke waarheid is.
Wat ik wel beoog met dit artikel is het delen van ervaringen die ertoe hebben geleid dat ik werk op de manier waarop ik werk. Zo begrijp je beter wat je van mij kan verwachten.
Waarom leren we professionele afstand?
De logica van deze professionele aftand zit hem in het feit dat je als therapeut op die manier niet 'besmet' hoeft te worden met het lijden van de ander. Hierdoor hoef je ook niet geconfronteerd te worden met je eigen lijden. Zo kan je – dat is de illusie – stevig en duidelijk blijven.
Daarnaast is het voeren van een gesprek via een protocol, kwalitatief objectief te beoordelen (al vind ik ook dit een illusie). Het maakt het ‘tastbaar’ en ‘overzichtelijk’, ‘veilig’ en ‘betrouwbaar’. We kunnen het gemakkelijk aanleren aan anderen, omdat er simpelweg een stappenplan gevolgd hoeft te worden en we waarborgen op deze manier de kwaliteit van geleverde zorg. Heel effectief!
Als therapeut met professionele afstand hoef je niet actief na te gaan wat de invloed is van de manier waarop je zelf interacteert, op het gedrag van de persoon tegenover je. Met het houden van professionele afstand ga je er vanuit dat er geen wisselwerking plaatsvindt tussen jou en de ander in het moment. De valkuil hiervan is dat je ook geen inzicht hebt in wat je projecteert op de cliënt, laat staan dat je die projectief professioneel kan inzetten ter ondersteuning van het therapeutisch proces.
Daar komt nog bij dat het idee van professionele afstand haaks staat op de essentie van de natuur. Je kan jezelf nooit los zien van je omgeving en de interactie met de ander. Er is nooit sprake van twee op zichzelf staande entiteiten die elkaar niet beïnvloeden, ook al houd je professionele afstand. Alles interacteert namenlijk altijd met alles.
Van professionele afstand naar professionele vervreemding?
Het hele idee van opgelegde professionele afstand maakte dat ik me niet aanwezig voelde bij het gesprek, bij mezelf en bij de ander. Het kon toch niet de bedoeling zijn dat ik met professionele afstand ook professioneel zou vervreemden van de ander?
Nog los van wat ik zelf ervoer en hoezeer ik energie weglekte omdat ik een poppenkast aan het spelen was, zag ik ook niet hoe deze afstand het therapeutische proces ondersteunde?
Hoe kan een persoon tegenover mij zich gehoord en gezien voelen als ik als therapeut afwezig ben? Hoe kan iemand heling vinden voor diens lijden als hij dat nog steeds alleen moet doen? Hoe kan een cliënt z’n veerkracht aanboren als de therapeut je met z’n ‘professionele afstand’ het gevoel geeft dat die boven je staat (verticale afstand)?
Het neven effect van de fixatie op ‘professionele afstand’ is een enorm risico op goed bedoelde ‘ontmenselijking’. Daar pas ik voor!
Professionele nabijheid
Herstellen van pijn die je in het contact hebt opgelopen, kan alleen in contact met iemand die je nabijheid geeft. Dat kan prima een therapeut zijn. Daarom pleit ik voor professionele nabijheid, in plaats van professionele afstand. Zowel op horizontaal- als op verticaal vlak.
Op horizontaal vlak kan de nabijheid zich uiten wanneer de therapeut bereid is zich te laten raken door het verdriet van de ander, en daarbij de vaardigheid heeft ontwikkeld om zelf niet onderuit te schoffelen. Je moet als therapeut in staat zijn om de pijn en verwarring van de ander te verdragen, zonder het direct te willen oplossen of wegpraten. Je moet het echt ondergaan. Door te blijven staan, geef je de cliënt het vertrouwen dat hij het ook kan dragen.
Op verticaal vlak kan nabijheid zich uiten door als therapeut met jezelf te komen. Deel met de cliënt wat je raakt in diens verhaal, wat je zorgen, wensen en frustraties zijn. Laat zien dat jij ook mens bent en dat je iets van de pijn herkent. Hiervoor is het belangrijk dat je inzicht hebt in je eigen pijn, zodat projecties het therapeutisch proces niet vertroebelen maar zodat ze juist gebruikt kunnen worden om een laag dieper te komen.
Door nabijheid te geven, te verdragen wat onverdraaglijk is en door jezelf in te brengen in het contact, wordt het gesprek gelijkwaardig, terwijl je tegelijkertijd professionele hulp biedt. Vanuit die veiligheid ontstaat er een mogelijkheid om de veerkracht van de cliënt aan te boren en samen te ontdekken welke kansen de cliënt in zichzelf tegenkomt voor de omgang met diens probleem.
Het verdriet dat in contact is ontstaan
Kan alleen in contact worden herstelt
Geloof mij, als therapeut professionele nabijheid prakticeren is niet gemakkelijk. Steeds opnieuw wordt ik geconfronteerd met mezelf, met mijn overtuigingen, mijn uit de bocht geloven ideeen, mijn pijnpunten, mijn schaamte, mijn schuld, mijn veerkracht, mijn angsten, mijn zorgen, mijn (on)geloof, en ga zo maar door. Hoe vaker eraan gerammeld wordt, hoe sterker er een beroep op mij wordt gedaan om door al die twijfel heen te bepalen waar ik zelf voor sta. En dat voelt de cliënt. Ik ben iemand - net als jij. Ik speelt geen poppenkast, ik doe niet alsof, ik zeg het wanneer ik het ook allemaal niet weet en ik deel mijn standpunt zonder te verwachten dat je die overneemt.
In dat samen zoeken en twijfelen, voelen dat de grond soms stevig is en soms als drijfzand voelt, zit de potentie om ondanks alles wat het leven op je pad brengt, ten volle te leven!
Dit ben ik, met alles wat erbij hoort!
Wie ben jij?
Comments